Wanneer de aanvrager zich meldt met de verwijsbrief bij de jeugdhulpaanbieder wordt de aanvraag gescreend. De jeugdhulp aanbieder zal binnen 2 werkdagen na ontvangst van de aanmelding een screening doen om te bepalen of de zorgvraag bij de juiste jeugdhulpaanbieder ligt en of er sprake is van spoed. Hierbij geldt onderstaande acceptatieplicht.
Op basis van de aanmelding, screening en eventueel aanvullend kort overleg met de verwijzer, gebruikt de aanbieder zijn/haar specialistische kennis om een eerste inschatting te maken of zij de best passende zorg kunnen leveren aan de verwezen jeugdige.
Acceptatieplicht
De jeugdhulpaanbieder is verplicht om de verwijzing van de jeugdige, die naar de betreffende aanbieder verwezen is, te accepteren. Op deze acceptatieplicht gelden twee uitzonderingen:
- Er is een cliëntenstop (stop toeleiding jeugdigen) opgelegd door de regio, of deze stop is tussen de regio en de partijen overeengekomen. Onder cliëntenstop wordt een stop toeleiding jeugdigen verstaan. Als de Jeugdhulpaanbieder voornemens is een ‘cliëntenstop’ in te stellen voor jeugdigen die een bepaalde vorm van jeugdhulp willen afnemen, dan gaat hij daarover vooraf tijdig het overleg aan met de Regio over een mogelijke oplossing. De Jeugdhulpaanbieder is gehouden de Regio schriftelijk te informeren over deze ‘cliëntenstop’ conform de hierover met de Regio gemaakte afspraken. Hieronder vallen ook afspraken over een eventueel beschikbaar alternatief en passend aanbod. Dit gebeurt minimaal 10 werkdagen voorafgaand aan de inwerkingtreding van de ‘cliëntenstop’. De ‘cliëntenstop’ wordt geëffectueerd na schriftelijke toestemming van de Regio. De Jeugdhulpaanbieder dient overeenkomstig de schriftelijk vastgelegde afspraken altijd de beschikbaarheid van permanent voldoende crisishulp en overige acute jeugdhulp te regelen en te waarborgen. De Jeugdhulpaanbieder mag deze jeugdhulp niet weigeren. De Regio zal de afspraken die gemaakt zijn met de Jeugdhulpaanbieder communiceren aan verwijzers.
- De jeugdhulpaanbieder kan aantoonbaar niet de juiste jeugdhulp bieden. Het aantoonbaar maken van het niet kunnen leveren van de juiste jeugdhulp gebeurt altijd in afstemming met de verwijzer. Wanneer de jeugdhulpaanbieder niet de juiste jeugdhulp kan bieden, gaat deze samen met de verwijzer op zoek naar een alternatief, zodat de jeugdige wel de juiste hulp krijgt. Hierbij is de jeugdhulpaanbieder verplicht:
a. Bij zijn afwijzing een advies te geven een passend alternatief aan de verwijzer. Een passend alternatief kan binnen het regionaal gecontracteerde aanbod, lokaal gecontracteerd aanbod of landelijk gecontracteerd aanbod (LTA) vallen.
b. Mocht er sprake zijn van een gecombineerde hulpvraag waarbij verschillende jeugdhulpaanbieders mogelijk zorg zouden moeten kunnen leveren en er onduidelijkheid blijft bestaan over wie in eerste instantie de zorgvraag op zich neemt, verplichten de betrokken jeugdhulpaanbieders en de verwijzer zich om een ronde tafel te organiseren om met elkaar tot een passende oplossing te komen.
c. Als aanvulling hierop geldt dat de jeugdhulpaanbieder verantwoordelijk blijft voor het zoeken naar een alternatief het daadwerkelijk zorgdragen dat de jeugdige de juiste hulp krijgt. Dit betekent dat indien er terug verwezen wordt naar de verwijzer, de jeugdhulpaanbieder voldoet aan bovenstaande.
Een jeugdhulpaanbieder mag een verwijzing niet weigeren op grond van leeftijd, geslacht, afkomst, geaardheid, inkomen, levensbeschouwing en gezondheidstoestand.
